Voor 40 soesjes
Voor de soesjes
100 ml melk
100 ml water
100 gram boter
¼ tl zout
100 gram bloem
3 à 4 eieren
Voor de vulling
600 ml slagroom
72 gram suiker
1-2 zakjes slagroomversteviger, optioneel
Voor de oranje topping
50 gram poedersuiker
50 gram witte basterdsuiker
200 gram roomboter
300 gram bloem
1 ei
Paar druppels oranje kleurstof
Extra benodigdheden: kleine uitsteekring
Verwarm de oven voor op 210 °C en bekleed een bakplaat met bakpapier.
Doe voor het soezendeeg de melk, het water, de boter en het zout in een pan. Breng het geheel langzaam aan de kook. Zorg ervoor dat de boter gesmolten is voordat het mengsel kookt. Haal de pan van het vuur en voeg in een keer de bloem toe. Roer het mengsel direct door totdat alle bloem is opgenomen. Zet de pan terug op middelhoog vuur. Blijf goed roeren, 2 tot 3 minuten. Het mengsel zal een licht sissend geluid maken, een bal vormen en wat aanbakken op de bodem. De bloem wordt nu gegaard, wat straks belangrijk is voor het rijzen van de soezen.
Doe het deeg over in een kom en roer het nog even los. Laat het een paar minuten afkoelen. Voeg een voor een de eieren toe. Roer daarbij het deeg na elk ei goed door, tot al het ei is opgenomen, en voeg dan pas het volgende ei toe. Gebruik het vierde ei alleen als dat het deeg niet te dun maakt. Het deeg moet een gladde en soepele consistentie hebben, maar niet zo dun dat het helemaal uitvloeit als je het op bakpapier schept of spuit.
Doe het soezendeeg in een spuitzak met een glad spuitmondje van 10 à 12 millimeter en spuit ronde doppen van ongeveer 2 centimeter doorsnede en hoogte op de bakplaat.
Druk met een natte vinger de puntjes bovenop de soesjes plat.
Maak nu de oranje topping. Meng daarvoor in een kommetje het ei met de oranje kleurstof. Meng in een andere grotere kom de poedersuiker, basterdsuiker en roomboter tot het een mooie egale massa is. Voeg dan het oranje eimengsel toe en meng ook dit door. Voeg als laatste het bloem bij, het wordt nu een deegje. Als het een mooi deeg is,rol je het uit tot 1.5mm dikte en steek je met de steekring rondjes uit. Die rondjes leg je boven op de opgespoten soesjes.
Bak de soesjes in 20 tot 25 minuten tot ze mooi goudbruin zijn. Laat ze daarna volledig afkoelen voor je ze gaat vullen.
Klop de slagroom met de suiker en eventueel de slagroomversteviger stijf op. Doe de opgeklopte slagroom in een spuitzak met een klein glad spuitmondje.
Prik met een mes in elk soesje aan de onderkant een gaatje en vul ze door dat gaatje met de slagroom.
Doop de moorkopsoesjes in het lauwwarme chocoladeglazuur en laat ze daarna stevig worden in de koelkast.
Eet smakelijk!