Verwarm de oven voor op 200 graden. Doe de pastinaak, ui en knoflook in een braadslede. Let op: de knoflook hoeft niet gepeld te zijn! Besprenkel alles met wat olijfolie en breng het op smaak met zout en peper. Rooster de groenten voor 35 tot 45 minuten in de oven, totdat de randen mooi goudbruin zijn. De knoflook is nu zo zacht dat je het makkelijk uit het schilletje kunt knijpen.
Laat de witte bonen uitlekken en voeg ze aan de groenten toe. Houd één volle eetlepel apart voor de garnering. Zet de braadslede nog 5 minuten terug in de oven. Breng ondertussen de groentebouillon aan de kook in een pan op middelhoog vuur.
Spoel de sparrennaalden in een zeef met kokend water en laat ze goed uitlekken. Haal de braadslede uit de oven en schep de inhoud bij de bouillon. Voeg de sparrennaalden toe en pureer de soep glad met een staafmixer. Breng het eventueel op smaak met zout en peper.
Verwarm de 2 eetlepels olijfolie en bak hierin 10 tot 15 seconden de extra sparrennaalden. Verdeel de soep over kommen en schenk de naar sparrennaalden smakende olie over de soep, verdeel de knapperige sparrennaalden en de bewaarde witte bonen erover en serveer. Eet smakelijk!